Visherkennen

Visherkenning.
De in en rond de Beemster meest voorkomende vissen.






Aal
Herkenning: Het lichaam is slangachtig van vorm. De borstvinnen bevinden zich direct achter de kop. Op het achterste deel van het lichaam is, zowel onder als boven, een vinzoom aanwezig die uitloopt in de staartpunt. Buikvinnen ontbreken.
Verspreiding: Algemeen. Trekt meestal als glasaal van ca. 6 cm lengte vanuit zee de binnenwateren in. Volwassen exemplaren trekken terug naar zee om zich voort te planten. De glasaalintrek is tegenwoordig sterk verminderd.
Voedsel: het voorkeursvoedsel bestaat uit insectenlarven en kleine kreeftachtigen. Grote exemplaren eten ook wel visjes en weekdieren..
Lengte afgebeelde vis: 35cm
Lengte to circa: 125cm




Snoek
Herkenning: Anaalvin en rugvin bevinden zich ver achterwaarts op het lichaam. De kop loopt uit in een platte brede bek. Het lichaam is getekend met goudkleurige stippen of strepen.
Verspreiding: Algemeen. De snoek heeft een voorkeur voor heldere wateren, omgeven door plantenrijke oeverzones. Wat je in de Beemster niet veel vind
Voedsel: Zijn prooi bestaat hoofdzakelijk uit vis.
Lengte afgebeelde vis: 80cm
Lengte to circa: 140cm



Blankvoorn
Herkenning: De bek is eindstandig. Boven in het oog bevind zich een rode vlek. Voorzijde rugvin boven voorzijde buikvinnen. Op de zijlijn liggen 43-47 schubben.
Verspreiding: Algemeen. Komt voor in allerlei watertypen.
Voedsel: Voornamelijk slakjes en insectenlarven, soms plantdelen.
Lengte afgebeelde vis: 16cm
Lengte to circa: 45cm



Ruisvoorn
Herkenning: De bek is bovenstandig. Voorzijde rugvin duidelijk achter voorzijde buikvinnen.
Verspreiding: Algemeen. Komt voor in ondiepe plantenrijke wateren.
Voedsel: Voornamelijk insecten en insectenlarven, soms plantdelen.
Lengte afgebeelde vis: 35cm
Lengte to circa: 45cm



Brasem
Herkenning: Kleine exemplaren kunnen verward worden met de kolblei. Aantal rijen schubben boven de zijlijn bedraagt 12 tot 14. De oogdiameter is kleiner dan de afstand van het oog tot de punt van de bek. De bek is onderstandig en ver uitstulpbaar.
Verspreiding: Algemeen. Komt voor in allerlei watertypen.
Voedsel: Voornamelijk insectenlarven, kleine kreeftachtigen en wormpjes
Lengte afgebeelde vis: 40cm
Lengte to circa: 80cm



Kolblei
Herkenning: Wordt vaak verward met kleine exemplaren van de brasem. Aantal rijen schubben boven de zijlijn bedraagt 8 tot 10. De oogdiameter is groter dan de afstand van het oog tot de punt van de bek.
Verspreiding: Algemeen. Komt voor in allerlei watertypen.
Voedsel: Voornamelijk insectenlarven, kleine kreeftachtigen, wormpjes en dierlijk plankton
Lengte afgebeelde vis: 16cm
Lengte to circa: 35cm



(Schub)Karper
Herkenning: In de Nederlandse wateren komen van de karper 4 verschillende beschubbingstypen voor. Deze typen worden aangeduid als schubkarper, spiegelkarper, rijenkarper en naaktkarper. Er zijn 4 bekdraden aanwezig, waarvan 2 in de hoeken van de bek en 2 kortere op de bovenlip. De rand van de rugvin is hol ingesneden. De voorste vinstraal van de rugvin is stevig en getand.
De rijenkarper is van de andere karpertypen to onderscheiden door het voorkomen van een enkele rij grote schubben op de zijlijn.
De naaktkarper is van de andere karpertypen te onderscheiden doordat geen of slechts enkele schubben aanwezig zijn.
Verspreiding: Ingeburgerd, algemeen. Komt door uitzettingen in veel wateren voor.
Voedsel: Voornamelijk insectenlarven, kleine kreeftachtigen, weekdieren en wormpjes.
Lengte afgebeelde vis: 60cm
Lengte to circa: 120cm




Spiegelkarper
Herkenning: De spiegelkarper is van de andere karpertypen te onderscheiden doordat over het gehele lichaam een aantal onregematig geplaatste schubben van verschillende grootte voorkomen.
Verspreiding: Ingeburgerd, algemeen. Komt door uitzettingen in veel wateren voor.
Voedsel: Voornamelijk insectenlarven, kleine kreeftachtigen, weekdieren en wormpjes.
Lengte afgebeelde vis: 40cm
Lengte to circa: 120cm


Graskarper
Herkenning: Kan verward worden met de kopvoorn. Onder de zijlijn liggen 5 rijen schubben. Onderscheid zich van de karper door het ontbreken van bekdraden aan de stevige onderstaande bek en door de korte rugvin.
Verspreiding: Uitheems, vrij zeldzaam. Oorspronkelijk afkomstig uit China. Naar Nederland gehaald ten behoeve van waterplantenbeheer. Plant zich in ons land niet voort.
Voedsel: Bij voorkeur (zachte) waterplanten.
Lengte afgebeelde vis: 70cm
Lengte to circa: 120cm



Kroeskarper
Herkenning: Op de zijlijn liggen 33-36 schubben. De rugvin is bolrond. De 5e of de 6e vinstraal is het langst. Bekdraden ontbreken.
Verspreiding: Vrij zeldzaam. Komt voor in stilstaande wateren met veel plantengroei en een zachte bodem.
Voedsel: Voornamelijk insectenlarven, plantendelen, dierlijk plankton en slakjes.
Lengte afgebeelde vis: 30cm
Lengte to circa: 50cm


Zeelt
Herkenning: De iris van het oog is oranje gekleurd. De vinnen zijn bolrond. Er zijn 2 korte bekdraden aanwezig. Onder de dikke slijmhuid bevinden zich op de zijlijn 95-120 kleine schubben.
Verspreiding: Algemeen. Komt voor in wateren met veel plantengroei en een zachte bodem.
Voedsel: Voornamelijk insectenlarven, wormen en slakjes.
Lengte afgebeelde vis: 40cm
Lengte to circa: 60cm




Giebel
Herkenning: Op de zijlijn van de giebel of wilde goudvis komen 28-31 schubben voor. De eerste vinstraal is tamelijk hard en getand. De rand van de rugvin is hol ingesneden. De gekweekte goudvis is een kleurvariëteit van de giebel.
Verspreiding: Ingeburgerd, vrij zeldzaam. ( behalve in Beemster) De giebel wordt in ons land plaatselijk aangetroffen in allerlei wateren.
Voedsel: Voornamelijk kleine diertjes en plantaardig materiaal.
Lengte afgebeelde vis: 20cm
Lengte to circa: 45cm
Lengte to circa: 30cm




Winde
Herkenning: De kleine bek is eindstandig. De rand van de anaalvin is ingesneden. Op de zijlijn liggen 56-61 schubben.
Verspreiding: Algemeen. Vooral in het IJselmeer en aangrenzende wateren, in de Biesbosch en het Haringvliet en elders in de grote rivieren. Kan door uitzetting ook voorkomen in afgesloten wateren.
Voedsel: insecten, kleine kreeftachtigen en soms ook kleine witvis.
Lengte afgebeelde vis: 35cm
Lengte to circa: 80cm




Grondel
Herkenning: De bek is onderstandig. Er zijn 2 bekdraden aanwezig, 1 in elke hoek van de bek
Verspreiding: Algemeen. Komt niet alleen voor, in rivieren, maar ook plaatselijk in diverse stilstaande wateren.
Voedsel: Voornamelijk insectenlarven en wormpjes.
Lengte afgebeelde vis: 9cm
Lengte to circa: 20cm




Bittervoorn
Herkenning: Op de korte, onvolledige zijlijn liggen 34-38 schubben. Op de achterzijde van het lichaam bevindt zich een horizontale blauw-groene streep. In het voorjaar zijn de vrouwtjes in het bezit van een zogenaamde legbuis.
Verspreiding: Vrij zeldzaam. Komt plaatselijk in groter aantal voor in schone stilstaande wateren. De bittervoorn is voor de voortplanting afhankelijk van de aanwezigheid van grote zoetwatermosselen.
Voedsel: Voornamelijk plantaardig materiaal, dierlijk plankton en insectenlarven.
Lengte afgebeelde vis: 8cm
Lengte to circa: 10cm




Driedoornige stekelbaars
Herkenning: Vóór de rugvin bevinden zich 2-4 stekels. Rug- en anaalvin bevinden zich ver naar achteren. De mannetjes hebben in de paaitijd een rode keel en buik en een blauw oog.
Verspreiding: Algemeen. Komt voor in zoete, brakke en zoute wateren. Een deel van de driedoornige stekelbaarzen zwemt vanuit zee het binnenland in om te paaien.
Voedsel: Voornamelijk dierlijk plankton.
Lengte afgebeelde vis: 5cm
Lengte tot ca.: 10cm




Tiendoornige stekelbaars
Herkenning: Vóór de rugvin bevinden zich 9-11 stekels. De buik is zilverkleurig. Rug- en anaalvin bevinden zich ver naar achteren.
Verspreiding: Algemeen. Heeft een voorkeur voor kleine, plantenrijke wateren.
Voedsel: Voornamelijk dierlijk plankton.
Lengte afgebeelde vis: 4cm
Lengte tot ca.: 7cm




Baars
Herkenning:De 2 rugvinnen zijn gescheiden, waarvan de voorste uitsluitend harde stekels heeft. Op de achterzijde van de voorste rugvin bevindt zich een zwarte vlek. Over het lichaam lopen een aantal verticale, donker banden.
Verspreiding: Algemeen. Komt voor in niet te troebele wateren.
Voedsel: Eet allerlei dierlijk voedsel, maar boven een lengte van 15cm vooral vis.
Lengte afgebeelde vis: 25cm
Lengte tot ca.: 50cm




Snoekbaars
Herkenning: De 2 rugvinnen zijn gescheiden, waarvan de voorste uitsluitend harde stekels heeft. De bovenkaak loopt door tot achter het violet oplichtende oog.
Verspreiding: Ingeburgerd, algemeen. Komt voor in troebele en diepe heldere wateren. Heeft daarbij voorkeur voor een stevige bodem.
Voedsel: Hoofdzakelijk kleine vis.
Lengte afgebeelde vis: 50cm
Lengte tot ca.: 120cm




Pos
Herkenning: De rugvin bestaat uit een gedeelte met harde stekels en een gedeelte met zachte stekels. Het lichaam, inclusief de staart- en rugvin is getekend met donkere vlekjes.
Verspreiding: Algemeen. Komt met name in de grotere wateren en het IJselmeer voor.
Voedsel: Hoofdzakelijk insectenlarven, muggenlarven en kleine kreeftachtigen.
Lengte afgebeelde vis: 15cm
Lengte tot ca.: 20cm